Jacob Diederiks.
Hallo Jacob!
Dag meneer…
Ik zie dat je een pen vasthoudt en lacht. Is dit soms een schoolfoto?
Ja meneer.
Lach je uit jezelf of moest dat?
Dat moest.
En die trui. Die komt vast niet van C&A. Veel te duur. Heeft je moeder die gebreid?
Ja meneer.
En die bril. Draag je die al lang?
Ja meneer.
Hoe lang al?
Vanaf mijn tweede, meneer. Ik viel uit de wandelwagen toen het luchtalarm afging. Ik kwam met mijn hoofd op de stoeprand terecht en keek toen vreselijk scheel. Op de foto zie je het nog een beetje. Ik werd daarom altijd uitgescholden voor schele.
Hè, hè! Eindelijk hoor ik je praten. Je bent toch niet bang voor me? En noem me niet steeds meneer. Ik heet Jacob. Net als jij.
Ja meneer, nee meneer…
Eh… weet je wel met wie je praat? Dat raad je nooit. Als je dat wist zou je heel erg opkijken. Het is nergens voor nodig om verlegen te zijn. Je hoeft voor niemand bang te zijn. Niet voor je vader, de meester of de schoolfotograaf. Ook niet voor de dominee. En zeker niet voor God. Hij houdt van je. Echt! Je doet niets verkeerds. Nou, weet je al wie ik ben?
Nee meneer…
Dan zal ik het zelf maar zeggen. Ik ben jíj! Maar dan 75 jaar later. Je bent getrouwd en hebt vier kinderen en valt op mannen, net als je jongste zoon, die heel gelukkig is met zijn partner. Weet je wat dat is, op mannen vallen?
Nee meneer.
Dat zal ik je uitleggen. Ik zag je zondag in de kerk steeds naar een jongen kijken. Je vindt hem mooi en lief en zou hem graag willen aanraken, maar dat deed je niet. Het idee kwam denk ik niet eens in je op. Zoals jij toen naar jongens keek en dat binnenhield, zo val ik nu op mannen. Niet echt vallen natuurlijk, zoals je een glas laat vallen. Als je valt voor een man of vrouw wil dat zeggen dat je die ander heel lief vindt en altijd bij hem of haar in de buurt wilt zijn. Daar is niks mis mee, al kan het best lastig zijn. Zeker als je getrouwd bent met een lieve vrouw. Ik kan nu wel zeggen: voel je vrij en durf te leven. Maar daarvoor is het helaas te laat. Je hebt het grootste deel van je leven al geleefd. Maar misschien komen we nog eens een leuke man tegen, met wie we kunnen wandelen of fietsen. En wat kletsen. Eén die net zo is als wij. Hoop jij dat ook?
Ja, Jacob. Dat hoop ik ook!
コメント