top of page

Kast III

M.

Ik heb bezoek, in mijn kast. Van Freddie. Freddie is homo. We drinken samen thee achter gesloten deuren en we praten. We wisselen ervaringen uit over onze worstelingen. En dat zijn er nogal wat, dus brengen we veel tijd met elkaar door. We eten sandwiches en scones, met enorme klodders druipende marmelade en room, die zacht op onze tongen smelt. Freddie draagt een strak lak rokje om zijn smalle heupen en roze stift op zijn volle lippen. Zijn oorbellen zijn opvallend en extravagant; hij houdt ervan. Ze bewegen driftig heen en weer wanneer hij praat. Zijn borsten zijn zeker twee volle cupmaten groter dan die van mij, maar hij kan het bijzonder goed hebben; als je het mij vraagt. Even word ik ernstig onzeker in mijn basic T-shirt, simpele spijkerbroekje en afgetrapte gympies. Ik voel me bijna zijn regelrechte tegenpool; een beetje te nonchalant en vluchtig aangekleed, zonder aandacht te besteden aan mijn uiterlijk, laat staan make-up op mijn gezicht te smeren. But Freddie don't care, want hij houdt van mij zoals ik ben.

We komen samen tot de conclusie dat we ons niet compleet vrij voelen. We houden achter en we houden in. En wie weet, misschien wel het mooiste stukje van onszelf. We stoppen delen weg en slikken woorden in, die hun weg naar buiten steeds weer zoeken in de vorm van melodieën en woorden. We willen dolgraag volledige vrijheid, God knows. Maar hoe moet dat dan? How to break free?

Freddie neuriet dat hij verliefd is en daarom de enorme wens voelt uit te breken en zichzelf te zijn. Ik raakte hoteldebotel, maar dat was niet compleet wederzijds (zij bleef uiteindelijk toch liever bij haar vriendje) en zodoende kwam het niet goed van de grond. Wat heb ik daar lang om gehuild en mee gezeten, letterlijk jaren. Gekwetst en bezeerd tot op mijn vers ontdekte lesbische botten. (Meer over dit liefdesverdriet lees je in "Bittere pil".) En toch heb ik nog steeds de dringende wens to break free, levenslust ontbreekt er niet aan. Nou meestal niet, gelukkig. Niet langer voor me hoeven houden dat ik die ene blonde dame uit ons nationale elftal aantrekkelijk vind: ‘wat een knappe goal’, zeg ik dan maar. Ik juich net iets te hard en ben even bang dat mijn omgeving het zal doorzien, maar ze hebben niets door. Te druk met blij zijn en de mogelijke overwinning. En wat glom ze trots met haar blinkende glimlach... Ze mag er “wezen”. Van mij krijgt ze een rode kaart, maar dan wel met honderd hartjes erop. Ik zie haar graag op de bank, maar dan wel naast mij. Helaas is ze onbereikbaar, daar helemaal in het Franse trainingskamp. En ligt de onzichtbare bal compleet bij haar, want uit mij komt niks. Ik ben te onzeker om iets te zeggen of doen en sla dicht. En dan beginnen de kwaadaardige stemmen in mijn hoofd de boel te verzieken. Ze sissen dat ik het niet waard ben en dat het niet goed is. Dat ik slecht ben en dat het zondig is. Dat niemand mij ooit zal zien staan, omdat ik niet leuk en mooi genoeg ben voor een vrouw van dát kaliber.

Ik schenk snel thee bij, onze kelen zijn droog van het delen en we zitten hier voorlopig nog wel even. Freddies woorden schieten door mijn kast en knallen roekeloos tegen de houten wanden. Even ben ik bang dat de buitenwereld het gebonk zal horen en komt vragen: of het ietsje zachter kan?! En wat we in vredesnaam aan het doen zijn daarbinnen?! Maar dat gebeurt niet. Want Freddie en ik zijn dan wel niet free, maar wel veilig, in mijn kast.

 

Ik ben M en ik schrijf. Ik deel mijn verhalen onder een “schuilmedeklinker”, dan durf ik te vertellen over wat ik (nog) niet hardop zeg: ik kan verliefd worden op een vrouw. Dus Jackie Groenen als je dit leest, schrijf me via messenger! I love your smile. Ik schreef al eerder Zelf/liefde en Herderin. Bedankt voor het lezen & tot de volgende keer!


Recente blogposts

Alles weergeven
Vind je een reactie ongepast?
Meld het!
Vind je een reactie ongepast?
 
Meld het!
samen zijn wijdekerk
bottom of page