Sa Xi Hamilton.
Van jongs af aan voelde ik dat God er was als ik naar de wolken keek. Hij voelde als: de oneindigheid. Ik kende Hem alleen in dat gevoel. God leerde ik in de Chinees-Evangelische kerk in woorden van de bijbel kennen toen ik zestien jaar was. Ik was immers niet gelovig, maar vrij opgevoed door mijn Nederlandse ouders die nu al zeventien jaar bij mij zijn. Ik ben vanaf dat moment twee jaar lang naar twee verschillende Chinees-Evangelische kerken gegaan. De eerste maanden in de kerk was ik werkelijk vergeten dat God en christenen vaak werden geassocieerd met personen die tegen homoseksualiteit zijn. Ik schrok ook ontzettend toen een van mijn broeders tijdens de lunch in een klein gesprek met een zuster en mij zei dat de lesbische gospelzangeres, Vicky Beeching, zich geen echte christen mocht noemen en dat het samenzijn met iemand van hetzelfde geslacht "ronduit smerig is". Ik heb niets durven zeggen en was ontzettend bang dat mijn expressie me had verraden.
Van jongs af aan werd ik niet alleen verliefd op jongens, maar ook verliefd op oudere meisjes en op de juffrouwen. De meningen rondom homoseksualiteit in die kerk werden negatief versterkt, omdat China een traditionele cultuur kent en homoseksualiteit in het land zelf niet wordt getolereerd. Hun cultuur (omdat ik zelf ontzettend Nederlands ben opgevoed) en geloofsovertuiging rondom dat onderwerp waren een van de redenen waarom ik de eerste Chinese kerk verliet. Toen ik een halfjaar in een nieuwe Chinees-evangelische kerk zat, ben ik op internet op zoek gegaan naar de betekenis van LHBT en christen zijn aan de hand van het boek van Justin Lee, en kwam ik in aanraking met Verscheurd. Het was een zoektocht waarin ik heen en weer werd geslingerd tussen goed en slecht op het gebied van eigen visie op mijn geaardheid. Persoonlijke ervaringen, verschillende visies, maar ook Romeinen 1, 1 Korintiërs, Genesis 18 en 19. Ik las het allemaal. Mijn grootste dieptepunt was toen ik in een bibliotheek een boek las waarin celibaat werd aangemoedigd: we moeten ons kruis dragen en onszelf verloochenen en Christus dienen. Toen voelde ik letterlijk iets in mij sterven.
Ondanks de acceptatie van mijn ouders en niet-christelijke vrienden, voelde ik me verscheurd. Ik moest mijn liefde volgens God stilleggen. Toen mij werd gevraagd te stoppen om lief te hebben, voelde het voor mij alsof ik werd gevraagd te stoppen met ademen. Dat was niet de God die ik ontmoette toen ik nog een klein meisje was. Niet veel later stond ik op het perron en zag ik de tram aankomen die mij naar huis zou brengen en overwoog ik met woede naar God, pijn en enorm verdriet, om mijzelf ervoor te gooien. Op dat moment denk je, voel je en zie je alleen: zwart; dood. Een heldere stem die in mij zei dat ik moest leven, weerhield mij ervan om te springen. Vanaf dat moment had ik alle versies en boeken losgelaten en ben ik op zoek gegaan naar God die ik alleen via mijzelf in mijn gevoel kon ontmoeten en nooit had kunnen bereiken via de teksten uit de bijbel. Hij was daar diep in mij op een plek waar liefde is. Als een Vader beschermt Hij me, leidt Hij me met mijn handen in de Zijne. Ja, dat is mijn Pappa.
Verder heb ik een netwerk om mij heen kunnen bouwen waarin ik steun en gesteund wordt en vriendschappen deel. Daarnaast heb ik een goede band met mijn dominee die ondanks onze verschillende mening, mij accepteert als persoon. Ik weet nu dat de identiteit van mijn geaardheid het vermogen om lief te hebben is. De liefde in mij is dezelfde liefde waarmee Hij ons heeft gemaakt en met Zijn bloed heeft vergeven. Nu voel ik God niet alleen als ik naar de wolken kijk, ik voel Hem ook als ik met liefde naar mezelf kijk. Hij is niet alleen daar in de wolken, Hij is in mij, Hij is boven mij en naast mij.