top of page

Is je kerk een veilige plek?

M.

Verstoten, maar nu weer zin in het leven.

In 1972 zag ik voor de eerste keer deze wereld. De wereld was mooi, lief, vredig en veilig. Samen met mijn moeder, vader en mijn broer vormden we een 'gelukkig' gezinnetje. Al snel merkte ik dat de wereld niet zo mooi, lief, vredig en veilig was. Mijn moeder werd mishandeld door de man die mij verwekt heeft. Gelukkig heeft dit huwelijk niet lang stand gehouden en ik was 4 toen er rust kwam. Van mijn 5de tot 7de heb ik in een internaat gewoond omdat mijn moeder moest 'bijkomen' en in die periode niet in staat was om voor ons te zorgen. Daarna was er pas echt rust.

Voor Jezus leven

Mijn broer was een wat opstandige tiener en noemde mij telkens 'nicht'. Ik had geen idee wat dat was dus ging ik er niet echt op in. Vanaf het moment dat mijn moeder er alleen voor stond, heeft zij de kerk bezocht (baptistengemeente) en zijn mijn broer en ik meegegaan. Al snel wilde mijn broer hier niets van hebben en besloot om niet meer te gaan. Mijn moeder heeft ons hier altijd vrij in gelaten wat ik als erg positief in onze opvoeding heb ervaren. Mijn persoonlijk leven stond al vanaf mijn tienerjaren in het teken van Jezus. Ik weet niet beter. Ook op school kwam ik er voor uit. Mocht het nodig zijn, ging ik een discussie over het geloof niet uit de weg. Ik merkte dat door mijn openheid ik door mijn klasgenoten werd geaccepteerd. Nooit heb ik enige negatieve ervaring gehad omdat ik voor Jezus leefde en hier ook voor uit kwam.

Verkering

Ik werd ouder en inmiddels was ik 16, 17 jaar. Jongens en vrienden in mijn omgeving hadden het over meisjes en stoer doen. Ik was er totaal niet mee bezig. Meisjes waren rare wezens. Het idee om 'verkering' te hebben met een meisje benauwde me enorm. Wel heb ik op mijn 17de 3 maanden verkering gehad met Danielle, want dat hoorde zo: iedereen had verkering. Eigenlijk vond ik het helemaal niets. Wel fantaseerde ik geregeld over jongens maar ik wist dat dat 'niet goed' was. Dat leerde ik immers.

Een onzekere periode

Op mijn 19e ging ik studeren aan het HBO in Den Haag. Dat was enerzijds een geweldige tijd, anderzijds was ik zo erg onzeker over wie ik was en wat ik wilde, dat ik deze tijd liever overgeslagen zou hebben. Het was erg dubbel. Ik viel op jongens en ik had 3 opties:

  1. zelfmoord plegen

  2. celibatair leven tot mijn dood

  3. de confrontatie aangaan en vertrouwen stellen op God, trouwen en kinderen krijgen zodat God mij uiteindelijk kan veranderen.

Optie 1 was geen optie. Optie 2 zag ik niet zitten. Ik was net 19 en dan in alle eenzaamheid moeten leven tot, pak weg, mijn 85ste jaar? Dat was geen prettig vooruitzicht.

Ik heb gekozen voor optie 3. Wel heb ik op seksueel gebied geëxperimenteerd met een oudere man. Maar het schuldgevoel naar God was zo groot, dat ik er van overtuigd was dat optie 3 voor mij de weg was die God voor mij bestemd had. Iedereen heeft een doel in het leven waar hij of zij voor op de wereld is gezet. Mijn doel was gehoorzaamheid naar God en vertrouwen hebben. Dan komt het allemaal goed.

Gebedsgenezing

Rond mijn 21ste heb ik mijn verhaal voor het eerst verteld aan een bevriend hetero 'stelletje'. Zowel hij als zij reageerde hier enorm goed op. Ze snapten dat ik in een moeilijke situatie zat en ik kon en mocht daar altijd met hen over praten. Die uitnodiging heb ik aangenomen en hier ook geregeld gebruik van gemaakt. Schatten waren het. In die tijd ben ik geregeld naar christelijke jongeren-kampen en jongvolwassen kampen gegaan. Hier gaven ze aan dat er demonen in mij huisden. Er werd vurig gebeden en geschreeuwd: ‘In de naam van Jezus, verdwijn! Verdwijn demon, ik zeg het je: in de naam van Jezus’.

Ik kan het nog zo opdreunen. Andere kampen waren meer overtuigd dat ik ziek zou zijn. God geneest alle ziekten, dus ook deze verschrikkelijke ziekte. Gebeden werd er. God werd om genezing gevraagd.

Grote liefde

Op het HBO had ik een studiemaatje, met wie ik alles deelde. Heel toevallig woonde hij in hetzelfde dorp als waar ik vandaag kom. Toch had ik hem nooit eerder gezien. Het klikte enorm tussen ons. Waar hij was, was ik. Waar ik was, was hij. Niet alleen tijdens onze studie maar ook daar buiten waren we dikke 'maatjes'. Hij wist van mijn worsteling maar zelf was hij niet gay. Hij had er zelfs nog nooit over nagedacht. Hij was mijn grootste liefde. Liefde die ik nog nooit eerder voor iemand gevoeld heb. Ondanks dat hij hetero was en ik gay, heeft het nooit tot ongemakkelijke situaties tussen ons geleid. We hadden respect voor elkaar.

Geduldige voorganger

De volgende stap was mijn coming-out aan mijn moeder. Die reageerde wat minder positief. Zij gaf reacties als: wat heb ik verkeerd gedaan als moeder? Weet je wel wat er in de Bijbel staat? Waarom doe je me dit aan? Waarom heb je me niet eerder in vertrouwen genomen?

Mijn reactie hierop was dat haar reactie, precies de reden is waarom ik er vanaf mijn 15de tot nu mijn 21ste hier mee rond loop. Mijn moeder was er helemaal 'kapot' van.

Ook heb ik de voorganger van mijn baptistenkerk in vertrouwen genomen. Afwijzing had ik nu toch al, dacht ik, laat de rest dan ook maar komen, dan ben ik daar tenminste door heen. Echter, mijn voorganger wees me niet af, maar luisterde geduldig. Hij snapte de worsteling en ik voelde me best veilig.

Sympathieke gevoelens

Op mijn 23ste leerde ik een meisje kennen waar ik best sympathieke gevoelens voor had. Ik was niet verliefd maar het was wel gezellig samen. Uiteindelijk kregen we een relatie die verder ging dan gewoon vriendschap. Volgens mijn voorganger was dit een teken van God. Als ik maar gericht op Hem zou blijven en veel zou bidden, dan was hij er van overtuigd zijn dat God wonderbaarlijke dingen kon doen.

Aan mijn vriendin heb ik over mijn worsteling verteld, maar dat was voor haar geen enkel probleem. Ik werkte immers aan mezelf en ik had vertrouwen in God, toch?

Huwelijk

Mijn moeder was in eerste instantie dolblij dat ik 'verkering' had. Ze zag mijn homo-zijn als een bevlieging. Toch vond ze het stom van me dat ik mijn worsteling verteld heb aan mijn vriendin, dat hoefde ze immers allemaal niet te weten. Op mijn 26ste ben ik met haar getrouwd. Mijn voorganger heeft ons huwelijk ingezegend en in de tussentijd had ik weinig worsteling. God had mij veranderd. Zie je wel..... gewoon vertrouwen hebben, dan komt het allemaal wel goed!

De hulpverlening in

Het eerste jaar van ons huwelijk ging best lekker. Ons eerste kindje was geboren en we leefden nog lang en gelukkig..... maar toen. De gevoelens kwamen in alle hevigheid terug. De roze wolk van getrouwd zijn was voorbij en het echte leven begon. Wat moest ik nu? Met de ervaringen die ik met mijn moeder had, heb ik het er met haar niet meer over gehad. Met mijn voorganger daarentegen wel. Onze eerdere voorganger had inmiddels een andere benoeming aangenomen dus dit was een nieuwe voorganger. Hoe zal hij reageren? Dat was spannend. Eigenlijk reageerde hij precies als de eerste: Begripvol en met een luisterend oor. Hij verwees me door naar de christelijke stichting EHAH (tegenwoordig Stichting Different) in Amsterdam. Daar ben ik elke week onder behandeling geweest.

Gerichtheid veranderen

In het eerste half jaar kreeg ik individuele psychologische gesprekken. Daarna deed ik mee aan verschillende groepsgesprekken. Daar leerde ik om homo zijn niet te verdringen maar met het woord van God te accepteren. Er niet aan toegeven, maar het telkens weer teruggeven aan God. Je wordt immers vernieuwd door je denken. Ze spreken hier niet over geaardheid maar over gerichtheid.

Een gerichtheid waarvan zij zeggen dat die ontstaan is door een verstoorde relatie met een vaderfiguur. Een puberjongen moet zich kunnen spiegelen aan een vader. Wanneer deze er niet is (fysiek of geestelijk), kan dat resulteren in een verkeerde gerichtheid. Maar God kan elke gerichtheid veranderen in een andere gerichtheid. In God kan alles, dus waarom zou hij jouw emotionele beschadiging niet kunnen 'genezen'? We spraken daar over 'een man met een gebroken emotie'.

Worstelend vertrouwen

Ons tweede kind werd geboren. Ik zag dat als kroon op Gods vertrouwen. Alhoewel ik worstelde, bleef ik vertrouwen hebben in God. Van mijn vroegere studievriend had ik bewust afscheid genomen: we hadden geen contact meer. Telkens als we samen afspraken, was ik 2 weken van slag en moest ik bijkomen van verliefdheid. Dat kon ik niet. Hij begreep dat wel. Ook zijn vrouw was 'blij' met mijn stap, want ze heeft mij altijd gezien als bedreiging. Ze was kortaf en niet vriendelijk naar mij. Inmiddels had ik de baptistenkerk verruild voor een pinkster-evangelische gemeente in mijn eigen woonplaats. Daar heb ik God echt leren kennen en ben ik gegroeid in mijn leven. Ons derde kindje werd geboren: ik had 3 kleine meisjes waar ik voor moest zorgen.

Opnieuw contact

Mijn studievriend naam na vele jaren contact met me op: ‘Hé Raym, hoe gaat het met je? Zullen we eens wat afspreken en even gezellig bijkletsen?’

Dat heb ik toen afgeslagen. Ik kon het niet.

Maar precies een jaar later kwam er nogmaals een verzoek voor contact. Dat voelde goed voor mij. We spraken af in Amsterdam en het was als vanouds. Ik kon mijn gevoel goed op een afstand houden. Het was echt gezellig. We huurden een waterfiets om door de grachten te 'fietsen'.

Opgekropte liefde

Toen vertelde hij me dat hij al zeker 5 jaar erotische dromen had over mij. Ik was helemaal van slag.

‘Waarom heb je me dit 20 jaar geleden niet verteld, vroeg ik, ‘Ik had je zo graag willen hebben’.

Er kwamen excuses van zijn kant, maar hij vroeg me of ik hem alsjeblieft wilde helpen met het ontdekken van wie hij was? Al mijn opgekropte liefde voor hem kwam terug, en hij liet mij toe in zijn 'comfort zone', zoals hij dat noemde. Ik kan dat woord inmiddels niet meer horen. Hij besloot weg te gaan van zijn vrouw en twee kinderen. Hij kon niet meer.

Het einde van een relatie

Ik was al jaren ongelukkig, en ik zou mijn huwelijk opgeven voor hem. Met hem beleefde ik de beste seksuele ervaring die ik ooit gehad heb. Was het de seks, was het de aantrekkingskracht, was het de liefde, de echte liefde? Ik weet het niet. Toen ik alles in werking had gezet om mijn huwelijk te stoppen, vertelde hij me dat hij verliefd was geworden op iemand anders. Onze relatie was over. Ik heb hem daarna nooit meer willen zien. Tot op de dag van vandaag weet ik niet hoe het met hem vergaan is. Is hij inderdaad weg uit zijn huwelijk? Heeft hij een vaste relatie? Leeft hij nog? Ik weet het niet. Zijn facebook-account bestaat niet meer.

Geen plaats meer voor mij

Omdat ik dringend hulp nodig had, heb ik in de kerk waar ik toen zat, hulp gezocht. Over mijn 'relatie’ met een ander tijdens mijn huwelijk heb ik met geen woord gesproken. Bewust niet. Mijn vrouw ging nooit mee naar de kerk. Onze kinderen heb ik alleen onderwezen in de liefde van God. De vraag die mij in de kerk letterlijk gesteld werd: ‘Wanneer je huwelijk niet meer te redden is, ga je dan verder met een andere vrouw, ga je celibatair of kies je voor een man?’ Ik antwoordde dat ik dat laatste niet uitsloot.‘In dat geval is er geen plaats meer voor jou in onze gemeente’, werd mij toen verteld.

Neerleggen van taken

Ik was al jaren jeugdleider en ik moest per direct mijn taken neerleggen, want ik was een bedreiging voor de jeugd binnen de gemeente vanwege mijn 'zondige' gedachten. Ik deed ik de website maar dat mocht ik blijven doen. Hier heb ik voor bedankt.Ik heb ze 3 maanden tijd gegeven om een vervanging voor de website te vinden. Na 3 maanden heb ik ze beloofd om de website op zwart te zetten. Ik moest een verklaring ondertekenen dat ik met niemand in de kerk over dit onderwerp zou mogen spreken. Ik werd bestookt met mailberichten dat ik zondig bezig was. Ik ging in tegen de wil van God. Ik had niet genoeg vertrouwen in Hem en dat soort berichten.

‘Kind van die homo!’

Met Pinksteren gingen we als gemeente altijd naar Opwekking in Biddinghuizen. Mij werd meegedeeld dat het beter zou zijn als ik niet op hetzelfde veld stond. Van mijn kinderen hoorde ik dat in een tienersamenkomst andere tieners tegen hen hadden gezegd dat ze maar beter ergens anders konden gaan zitten want ze waren een ‘kind van die homo!’

Blijkbaar deed de tamtam zijn werk. Ondertussen kon ik niet meer: ik was op.

Verstoten en alleen

De kerk heb ik verlaten. Ik liep helemaal vast. Mijn eigen huwelijk was dood, ik was verlaten door mijn grote liefde, het bedrijf waar ik werkte ging failliet. Uit de kerk waar mijn kinderen waren opgegroeid, waar al mijn vrienden uit kwamen, ben ik noodgedwongen opgestapt. Vrienden had ik niet meer. Op een enkeling na wilde niemand meer iets met me te maken hebben. Ik was volledig geïsoleerd. Mijn verjaardag vieren bijvoorbeeld had geen zin meer. Geen vriend of vriendin die bij mij nog op visite zou komen. Ik zou blijven zitten met de hapjes en drankjes. Ik kreeg een grote burn-out. Een jaar lang wist ik niet meer dat ik leefde. Veel gebeurtenissen uit deze periode kan ik me niet meer herinneren. Er zijn zwarte gaten in mijn geheugen. Ik was totaal de weg kwijt. Dood wilde ik. Weg. Voorgoed. Niemand vond mij belangrijk.

Kinderen hebben geholpen

Tegelijkertijd ben ik een andere kerk gaan bezoeken, maar ik was niet meer actief in kerkwerk. Ik was alleen bezig om God te zoeken.Ik wilde geen relaties maar eerst mezelf terugvinden. Het was niet God die niet meer van me hield. Het waren de mensen in de kerk die me verstootten. Rust had ik nodig. Heel veel rust. Het enige dat me er door heen heeft geholpen, zijn mijn kinderen. Werkelijk, dit is de reden dat ik nu nog leef en geen domme dingen gedaan heb. Ik kon het niet over mijn hart verkrijgen om te weten dat mijn kinderen kapot zouden gaan omdat hun vader een einde gemaakt zou hebben aan zijn leven.

Eindelijk rust

We zijn 6 jaar later en het gaat goed met me. Ik ben verhuisd naar de andere kant van het land. Gay-zijn is voor mij geen issue meer. Ook niet samen met God. Wat voor mij vroeger een no-go combinatie was, is voor mij nu geen enkel probleem meer. Je kunt prima God aanbidden en gay zijn. Het staat totaal los van elkaar.

Leuke kerk

Op dit moment heb ik een ontzettend leuke kerk. Ze weten niet van mijn achtergrond en dat laat ik voorlopig zo. Je gaat ook geen gesprekje aan in de kerk om te vertellen dat je hetero bent. Waarom zou ik dat wel doen om te vertellen dat ik gay ben? Dat is totaal niet interessant. Toch heb ik wel mijn oren open en ik luister heel scherp naar geluiden of signalen uit deze kerk hoe zij denken over homoseksualiteit. De signalen zijn goed. De voorganger heb ik al eens horen vertellen over homoseksualiteit, dat het niet aan hem is om hier wat over te zeggen: iedereen is welkom. Een andere spreker in de kerk merkte in zijn preek op dat het niet uitmaakt of je hetero, homo of lesbisch bent.

‘Dit is niet belangrijk’, zei hij, ‘Het gaat God om je hart. Het gaat God niet om je seksuele verlangen, dat is irrelevant’.

Zonnig leven

Desondanks houd ik mijn homoseksualiteit wel stil. Ze zullen vast wel vermoedens hebben, maar ik spreek het niet uit. Mochten ze me ooit eens zien met een man, dan komen de vragen vanzelf wel. Inmiddels begin ik langzaam aan weer vrienden te krijgen. Het leven ziet er weer zonnig uit. Ik heb er weer zin in. Misschien dat het weer eens tijd wordt om mijn verjaardag te vieren en dat ik niet meer blijf zitten met de hapjes en drankjes?!

 

46 jaar verstoten maar nu weer zin in het leven.


Recente blogposts

Alles weergeven
Vind je een reactie ongepast?
Meld het!
Vind je een reactie ongepast?
 
Meld het!
​
samen zijn wijdekerk
bottom of page