top of page

Kerk uit de kast bij wijdekerk

Ds. Jolande van Baardewijk.

Toen ik Miranda vorig jaar eens sprak over een veilige kerk, voor iedereen, moedigde ik haar aan om als een ambassadrice een keurmerk ‘veilige kerk’ aan kerken te gaan uitdelen. Geen groen maar een ‘regenboog’-keurmerk. Daardoor zou ze in contact komen met kerken, die hiervoor open staan en zou Miranda online een database kunnen aanleggen met ‘veilige kerken’. Deze database zou voor ieder open in te zien zijn en makkelijk te updaten. Miranda ging hiermee zowaar aan de slag en zo ontstond ‘Wijdekerk’.

Beeldmerk en site zien er inmiddels geweldig uit, de kerstgroet van 2016 was creatief en hartverwarmend en inmiddels ontstaat deze database. Er wordt hard gewerkt door een enthousiast team.

Miranda vroeg allerlei mensen, waaronder mij, om voor site en Facebook-pagina een blog te schrijven en zo bij te dragen aan de groei van een voor ieder veilige kerk.

Even voorstellen

Ik ben predikant in twee dorpjes op Walcheren, in Zeeland. Daar ben ik hartelijk ontvangen met mijn vrouw Elsbeth. Wij wonen er met plezier en ervaren de openheid voor ons als goed en normaal. Eigenlijk is het misschien zo gewoon niet. We werden met een no nonsens houding opgenomen en konden in ons werk onbelemmerd aan de slag. Zo kunnen we hier een gezegend, productief leven leiden.

Inmiddels kunnen wij ons al bijna niet meer voorstellen of ons nog herinneren, dat het ooit anders is geweest. Toch zijn wij beiden uit kerkgenootschappen weggegaan, waar onze geaardheid niet zomaar acceptabel was. Wij komen uit een achtergrond, waar homoseksualiteit met morele ontaarding in verband gebracht werd en waar nu voorzichtig het besef ontwaakt, dat homoseksualiteit een zo-zijn is, dat je net zo min als linkshandigheid even verandert. Dat je het met deze aanleg maar te doen hebt. Of je nu zelf homoseksueel bent of heteroseksueel, of je nu een kind of ouder hebt die homoseksueel is of een gemeentelid of wat ook maar. En ook ontwaakt het besef, dat er eeuwenlang zoveel afgeven en spugen op homoseksuelen is geweest en zelfs vervolging en bestraffing, dat er nog een en ander aan schuld ligt, goed te maken is. En ook dat de kerk geen schone handen hierin heeft, verre van dat.

Als ik dus terug kijk op het verleden, dat wij nog mee gemaakt hebben in die kerken, dan besef ik ineens weer: o, ja, zo kort geleden is dit nog maar. En zovelen zijn nog wel lid van deze kerken en worstelen nog met zelfacceptatie, met zoeken naar steun en verlangen naar het vertrouwen dat God hen liefheeft en omarmt en naar acceptatie binnen hun gemeente en familie.

Wat is nu het grootste struikelblok?

Wat is nu toch het grootste struikelblok voor kerken om kleur te bekennen, vroeg Miranda mij? Bedoelt Miranda met deze vraag, wat het grootste struikelblok is voor kerken om zich als ‘veilige kerk’ te profileren? Zo vat ik haar vraag nu maar op. Kerken komen door zich aan te melden bij ‘Wijdekerk’ eigenlijk zelf ook uit de kast. En dat is niets niks. Zelf denk ik, dat moeite hiermee iets te maken heeft met de mate, waarin kerkgenootschappen wat ‘mannelijker’ of ‘vrouwelijker’ zijn. Er zijn nu eenmaal kerkgenootschappen, waarin het beleid door mannen wordt gemaakt, die strak aan een lang gekoesterde identiteit vasthouden, als het gaat om wat ‘christelijke’ levensstijl is. Deze kerkgenootschappen zie ik nogal eens vanuit de antithese denken: ‘wij’ als christenen leven wel in, maar zijn niet van de wereld, niet als ‘zij’. Wat heeft het licht te doen met de duisternis? Je bent als christen geroepen een kind van het licht te zijn. Dus houd je je verre van de verwording en zedenverwildering in de wereld. Er moet duidelijkheid zijn. En daarvoor heb je piketpaaltjes nodig. Die zet je stevig in de grond, zodat ‘de christen’ weet, wat hij (vooral) of zij moet stemmen, naar welke scholen je je kinderen stuurt, wat je wel en niet doet op zondag en hoe je ethisch met levenskeuzes omgaat. Daarin is het woord ‘seksualiteit’ een vaak vermeden woord, want het is een moeilijk woord, dat meer dan welk ander woord al gauw de associatie met zedenverwildering oproept. Zeker homoseksualiteit is een ‘sjibbolet’, een woord waaraan je elkaar herkent en waaraan je afmeet, hoe zuiver op de graad de ander is: hoe je over homoseksualiteit denkt, is een peilmoment, een ‘identiteits-markeer-instrument’ voor je gehalte als christen, voor je orthodoxie.

Ambt en pastoraat

Er zijn ook kerken, waarin de vrouw in het ambt al tientallen jaren gewoongoed is. Preciezer kijkend naar deze kerken, zie je in het omgaan met medekerkgangers meer empathie als gekoesterd goed: je leeft je in in je medegelovige, onderkent de last van diens leven, neemt een open luisterhouding aan en loopt in de worsteling in het omgaan met levenskeuzes een stukje met de ander op; dit alles in plaats van corrigerend tegenover je medegelovige plaats te nemen. Pastoraat is allereerst zorg vanuit de kerk en niet allereerst tucht en opzicht over de gemeente, als ambtsdragers.

In de kerken waar alleen mannen het ambt bekleden, is de ambtsdrager meestal meer een opzichter, een gezagsdrager, dan een gelijkwaardig gesprekspartner. In de kerken waarin ook vrouwen in het ambt geaccepteerd zijn, is vaak het begrip voor het anders zijn van de ander groot en meer acceptatie en ruimte. Daar is de openheid om taboes te bespreken ook groter. Nu zijn er ook kerken, die zich tussen het ene, wat mannelijker type, en het andere, wat vrouwelijker type kerkgenootschap in bevinden of onderweg zijn, zoekend. Als je daar als homoseksueel lid van bent, kun je soms in een generatie tijd veranderingen zien ontstaan en ook zelf een rol spelen in het doen toenemen van begrip en acceptatie. Het kan voldoening geven in dergelijke kerken lid te blijven en je aandeel te leveren.

Struikelblok

Het struikelblok is, dat leden van kerken zelf ook onderweg en zoekend zijn; in het spanningsveld van leven in deze wereld, in beweging zijn. Ook zij zelf groeien als individuen en ontwikkelen zich door in het omgaan met allerlei levenskwesties. Nu kun je dit als individu en als kerkgenootschap normaal en eigen aan het leven vinden, dat je zoekend en groeiend bent, óf je kunt voor verandering terugdeinzen en dit ‘karakterzwakheid’ vinden: ontrouw aan jezelf of aan de kerk, dat je in je zoektocht die leven heet, van inzicht en keuzes verandert. Men kan zelfs bang zijn om Gód ontrouw te worden door van inzicht over een kwestie als homoseksualiteit te veranderen. Nog erger: bang voor God. Soms verschansen mensen zich in standpunten als in een loopgraaf en zien ze elke andere benadering als een aanval op hun geloof. Vanuit zo’n verschansing in een loopgraaf is het een kleine stap naar ‘christenvervolging’, die in ons land anno 2017 gaande zou zijn. Ik heb mensen die stap zien maken: ik mag in dit land van tolerantie en links grachtengordel-denken niet meer mezelf zijn als christen, ik word vervolgd. Mensen kaderen hun (geloofs)leven in en gaan soms erg ver om hun standpunten te consolideren en te verdedigen. De 10 geboden worden dan uitgebreid met vergaande overtuigingen en in beton gestort als bunkers om je in te verschansen. Schuilen en schieten.

Ben je, als je eerst homoseksualiteit ‘ontaarding’ vond en later openheid ging ervaren voor ‘mensen die anders zijn’, een slappeling? Ben je een ontrouwe, vage twijfelaar? Ben je dan geen voorbeeld voor je kinderen, geen rots in de branding in het ambt en onwaardig om leiding geven aan je gemeente? De één vindt door ontwikkelen in het leven ‘voortschrijdend inzicht’ en ziet het als gevaarlijk om stil te staan en vast te roesten; de ander ziet veranderen als afval, hetzij van zichzelf, hetzij van God. Karakters en een mate van masculien of feminien denken spelen hierin een grotere rol dan de Bijbel: aanleg en de mate van masculien of feminien denken bepalen eerder het lezen van de Bijbel dan andersom, heb ik het gevoel.

Elkaar aanvullen en verrijken

Ik weet niet, of vrouwen wijzer en barmhartiger zijn dan mannen en of mannen trouwer, standvastiger en meer karaktervast zijn dan vrouwen. ik weet wel, dat de kerk bestaat uit mannen en vrouwen, uit homo- en heteroseksuelen, kortom uit gewoon mensen. En ik weet wel, dat in het functioneren van een gemeente en het leiden van een gemeente sámenwerken van mannen en vrouwen een sleutelrol speelt: verrijkend en aanvullend is. Als een kerkbestuur uit alleen mannen bestaat, gaat er iets mis en raak je uit balans. Gaat een beleidsgroep uit vooral vrouwen bestaan, dan groeit er ook iets mis. Samen kan de balans beter bewaard worden.

Daarom steun ik wijdekerk

Ik heb bewondering voor een aantal mensen, waaronder Miranda Terpstra, oprichtster van Wijdekerk. Maar ook voor een predikant in de Vrijgemaakt Gereformeerde kerk als ds. Jaap Ophoff, te Zwolle. En voor Almatine Leene, in de Vrijgemaakt Gereformeerde kerk gepromoveerd op het samen weerspiegelen van het beeld van God als mannen en vrouwen; God heeft toch man én vrouw gemaakt naar zijn beeld, lijkend op God zelf? Dus niet alleen mannen of alleen vrouwen kunnen ‘kerk’ zijn, alleen samen kunnen we God weerspiegelen, in de wereld en te beginnen in de kerk, die er is voor de wereld.

Ik hoop, dat deze mensen tot zegen blijven voor Nederland en vooral voor het mee helpen creëren van veiligheid in de kerk. De kerk is de speeltuin van God in de wereld! Aan de kerk zouden mensen moeten kunnen zien, hoe leuk en mooi het is om met God te leven en hoe ludiek en creatief je leven dan wordt. Daarom steun ik ‘Wijdekerk’!

Geen clubje van gelijkgezinden

Het is wat mij betreft van groot belang, dat kerken zich profileren als veilige kerk via ‘Wijdekerk’. Het woord ‘kerk’ komt van ‘kuriakou’, d.w.z. ‘ van de Heer’. Wij zijn niet van onszelf en de kerk is niet ons hobbyclubje of clubje gelijkgezinden. God zelf gaat ons voor in het open ontmoeten van ieder mens, hoe deze ook is, wit of zwart, homo of hetero, man of vrouw, oud of jong.

Wij hoeven niemand buiten te sluiten, die bij ons als christenen wil horen; dat wordt niet van ons gevraagd. Het is menselijk om vanuit eigen kaders en begrippen te denken; het is christelijk om daar kritische vraagtekens bij te zetten: wie vind ik lastig om mijn ‘broeder’ of ‘zuster’ te noemen? Juist deze is degene, waarin ik Jezus tegenkom. Tegenkomen is niet altijd meteen ‘ontmoeten’, iemand kan op het oog meer ‘tegen’ zijn dan voor je. Maar van tegenkomen kan ontmoeten komen.

 

Ds. Jolande van Baardewijk is predikant in twee Protestante gemeentes op Walcheren (Oost-Souburg en Kleverskerke), getrouwd met Elsbeth, moeder van drie kinderen, muziekliefhebber, producent en regisseur van 'Quest for U2', eerste die TOP2000 dienst hield in Nederland, co auteur van 'Baarmoederblues en cradlerock' en blogger.


Recente blogposts

Alles weergeven
Vind je een reactie ongepast?
Meld het!
Vind je een reactie ongepast?
 
Meld het!
samen zijn wijdekerk
bottom of page